KETTLER

KETTLER WORLD TOURS 2.0

Trainingshandleiding

De sportmedische wetenschap en de trainingswetenschap gebruiken de fietsergometrie o.a. voor controle van de werking van hart, bloedsomloop en ademhaling.

Of uw training na enkele weken het gewenste effect heeft bereikt, kunt u als volgt vaststellen:
1. U haalt een bepaald duurvermogen met minder cardiovasculair vermogen dan voorheen
2. U houdt een bepaald duurvermogen langere tijd vol met hetzelfde cardiovasculaire vermogen.
3. U herstelt na een bepaald cardiovasculair vermogen sneller dan voorheen.

 

Richtwaarden voor de duurtraining

Maximale pols: Onder een maximale belasting verstaat men het bereiken van de individuele maximale pols. De maximaal bereikbare hartfrequentie is afhankelijk van de leeftijd.
Hier geldt de vuistregel: De maximale hartfrequentie per minuut komt overeen met 220 polsslagen minus de leeftijd.

Voorbeeld: Leeftijd 50 jaar > 220 – 50 = 170 slagen/min.

Gewicht

Een ander criteria voor het vaststellen van de optimale trainingsgegevens is het gewicht. De voorgegeven streefwaarde bij belasting luidt voor mannen 3 en bij vrouwen 2,5 watt/kg lichaamsgewicht. Bovendien moet rekening worden gehouden met het feit, dat vanaf het 30e levensjaar het prestatievermogen afneemt: bij mannen ca. 1% en bij vrouwen 0,8% per levensjaar

Polsdiagram: Fitness en vetverbranding

Voorbeeld: Man; 50 jaar; gewicht 75 kg
220 – 50 = 170 slagen/min. Maximale pols
3 watt x 75 kg = 225 Watt
minus "leeftijdaftrek" (20% van 225 = 45 watt)
225 – 45 = 180 watt (streefwaarde bij belasting)

Intensiteit van de belasting

Pols bij belasting: De optimale intensiteit van de belsting wordt bereikt bij 65 – 75% (zie diagaram) van het individuele cardiovasculaire vermogen. Afhankelijk van de leeftijd verandert deze waarde.

Omvang van de belasting

Duur van een trainingseenheid en de frequentie ervan per week:
De optimale omvang van de belasting is gegeven, als gedurende een langere periode 65 – 75% van het individuele cardiovasculaire vermogen bereikt wordt.
 
Vuistregel:
Ofwel 10 min. per trainingseenheid bij dagelijkse training
of ca. 30 min. per trainingseenheid bij 2 – 3x / week
of ca. 60 min. per trainingseenheid bij 1 – 2x / week

Het wattage moet u zo kiezen, dat u de spierbelasting gedurende een langere periode kunt uithouden.
 
Hogere vermogens (watt) moeten in combinatie met een hogere trapfrequentie worden geleverd. Een te lage trapfrequentie van minder dan 60 TPM leidt tot een bijzonder statische belasting van de spieren en als gevolg hiervan tot eerdere vermoeidheid.